Reisverslag 3e week  Ga naar reisverslag 1e week Ga naar reisverslag 2e week  
 

27 juli  tot  4 augustus 2009

     
 

 

Maandag 27 juli

 

N

a een nacht onder de klamboe en wat apen die rond en op het dak van ons huis sprongen, beginnen we aan ons ontbijt. Ook hier zijn de apen en de papagaaien al actief. Dat ondervind de vrouw van een Nederlands gezin ook. Eerst vind ze het leuk een aapje op haar schouder. Haar man rent naar de lodge om de camera te halen en  intussen bijt een aap in haar vinger. Niet hard maar wel pittig. Alles voor de foto is het motto.

Na het ontbijt staat de jungle tour op het programma. We krijgen kaplaarzen aan om de tour te maken. Kees maat 46 en ik maat 44 terwijl ik om 45 gevraagd heb. Ze passen dus, .. laat maar. Rob gaat mee om alles te vertalen. De gids is namelijk alleen Spaans sprekend en Rob moet zijn  Nederlands meer onder de knie gaan krijgen. We beginnen op het terrein zelf. We krijgen uitleg over diverse bloemen en planten. We komen bij het riviertje waar we gisteren in hebben gezwommen. We lopen langs de oever en door het water. Een van de laarzen van Kees is lek. Dat is balen, nu moet hij met natte sokken verder. Na 20 meter lopen zegt onze gids dat we naar de overkant moeten. Normaal is dat geen probleem, maar na de regenbuien van gisteravond is het water van de rivier toch wat hoger gekomen. Schuin met je lichaam tegen de stroom in steken we over. Het water golft je laarzen in. Ik heb nu ook natte sokken en natte broekspijpen. Aan de overkant legen we onze laarzen. We hebben nu allemaal last van lekkage in de laarzen. We vervolgen onze weg door de jungle. Het is heet en klam. Ik zweet als een otter. Op advies hebben we een t-shirt met lange mouwen aangetrokken. Je weet maar nooit waar je mee in aanraking kan komen. We worden gewaarschuwd om niet zomaar iets vast te pakken. Er leven namelijk giftige en niet giftige planten naast elkaar. Als je per ongeluk een boomstam beet pakt en het is een giftig soort dan weet je het maar nooit. Ook kunnen daar wel eens vervelende mieren op zitten die bijten. Niet alle mieren bijten, maar wij hebben wel in een paar mieren gebeten. Ze smaakte naar citroen. Na het eten van nog en paar plantjes, moeten we weer de rivier oversteken. Alleen is deze breder en dieper dan de vorige. We bergen de camera’s op. We moeten elkaar vasthouden en naar de overkant lopen, gezicht stroomopwaarts gericht en stapje voor stapje zijwaarts. Kees verstapt zich een beetje en valt nog bijna. De grootste zorg is alle apparatuur droog naar de overkant te krijgen. Dat is gelukkig gelukt. We komen aan bij een huisje waar normaal 12 mensen slapen. Een huisje midden in de jungle. Heel primitief net zo groot als onze lodge. We eten nog even de vruchten van een cacaoplant en beginnen bij dit huisje aan onze lunch. Gewoon uit een plastic zakje. De kleren beginnen al een beetje  op te drogen. Alleen de voeten soppen nog erg. Ik zal blij zijn als ik mijn laarzen uit mag. Dat kan na een half uur, want dan zijn we alweer terug op het terrein waar de lodge staat.  Het is wederom en bijzondere ervaring geweest.

Ik lig al een 3 kwartier in mijn hangmat. Kees geeft mij de telefoon, “kan je even bellen”: zegt hij. Het is toch wel afzien zo in de hangmat. We bellen alle twee, maar op de rand van de jungle is de verbinding niet altijd optimaal. Uiteindelijk lukt het om  fatsoenlijke gesprekken te voeren. Ik pak mijn leesboek welke ik van  Corry heb gehad. Ik en lezen en niets doen?? Het schijnt toch te kunnen. Ik sla mijn boek bij bladzijde 115 dicht. Ben net over de helft. Het boek is geschreven door Wilfried de Jong, en gaat allemaal over fietsen. Korte verhalen, dat leest lekker weg.

Vanmiddag om 4 uur, na bijna 3 uur hangmatten, nog een kleine wandeling gemaakt. Het is benauwd en de regen kan je pakken. En die komt ook, al is het niet zo hevig als gisteren. Weer een dag voorbij. Weer iets anders meegemaakt. Het wordt al donker. Straks weer naar de klamboe en slapen. Maar eerst zijn we Rob kwijt. Jan is Rob aan het zoeken. Wij beginnen maar met eten.  Het is een lekker soepje en een lekker stukje vlees en gebakken banaan toe. Als toetje komt Rob aangelopen met zijn fiets. Lekke band en zijn vader is nog zoekende. Er wordt  wat heen en weer gebeld. Jan komt gelukkig opdagen. Ook zij eten de soep, maar die is inmiddels koud geworden. Een magnetron hebben ze hier niet. Om 9 uur zoeken we onze klamboe op. We kunnen net geen 10 uur slapen voordat de wekker afloopt.

 

Dinsdag 28 juli

 

H

et is 10 minuten voor zeven. Nu al de wekker, ik zal hem toch wel goed gezet hebben. Maar nee er zit ook nog een SMS geluidje bij. Even kijken, ja hoor een SMS van Kelly. Gelukkig heeft ze hem wat laat verstuurd. Had ze hem om 10 uur Nederlandse tijd verstuurd dan hadden we hem om 3 uur  in de ochtend ontvangen. Ontbijtje om half 8. Rob slaapt nog half. Helaas hij moet nog 2 banden plakken. Dit zou hij gisterenavond hebben gedaan, maar had er toen even geen zin in. Rond half 9 stappen Kees en ik op de fiets Richting Baezo. Jan legt uit hoe we moeten fietsen. Kees fiets iets voorruit. Hij wil video-opname maken bij de brug. De miezer worden grote druppels. Even snel voor de video over de brug en daarna snel ons regenjack aan. We fietsen richting Tena en moeten aan het eind van de landingsbaan naar links. We rijden langs de landingsbaan en zien daar mensen op wandelen en joggen. Ze zullen toch het vliegtuig niet gemist hebben? Dat moet hier allemaal kunnen denk ik dan maar. Aan het eind gaan we links af. We volgen de borden Quito. We moeten iets klimmen op een 4 baans weg. Een echte autobaan zou je haast denken.

De druppels worden kleiner en de regen kan weer miezer genoemd worden. Het regenjack maar weer uit. Op zich maakt het niet uit of je met of zonder jas fietst, want van binnen zijn we ook nat. Het regent warm water. Jan en Rob zijn weer in beeld.  Rob gaat ook een stukje fietsen. Al snel gaat toch het jack weer aan, want grotere druppels dienen zich aan. Na twee uur fietsen vinden we het welletjes. We laden onze fietsen op en rijden naar een pas en gaan er overheen. Twee kilometer na het passeren van de pas gaan we het toch weer proberen. Het regent nog wel maar we gaan de berg af. Wat doet de regen zeer in je ogen als je hard rijdt. Het ziet er naar uit dat het droger wordt. Helaas een illusie. Omdat we nu iets gedaald zijn is het gelukkig ook iets minder koud. We gaan nu heuvel op en heuvel af. Op de achtergrond hoor ik een hond blaffen. Kees rijdt nog achter mij. Al het geschreeuw naar de hond ten spijt, bijt de hond toch in de schoen van Kees. Gelukkig is het zijn schoen en niet zijn been. Jan kijkt zeer verbaast, omdat het in deze omgeving altijd wel rustig is met honden. Maar juist als je het niet verwacht, gebeurt het toch. We komen aan in Baezo. We hebben onderdak in een typisch Ecuadoriaans restaurant annex slaapgelegenheid. Een hotel mag je het niet echt noemen, maar ze hebben wel heerlijk warm water uit de douche. Dat vergoed heel veel. We hebben een kamer met 4 bedden, dus uitzoeken maar. De kleren worden te drogen gelegd. Ik droog mijn regenjack met een van de vele handdoeken. We gaan lunchen in een pizzeria aan de overkant van de weg. Deze tent wordt beheert door een Nederlander. Een heerlijke Calzone staat er op het menu. Prima van smaak en lekker warm. Vanmiddag is er voetbal voor iedereen die in Ecuador woont. Maar voor ons staat er een wandeling op het programma, als het droog is. Ik lees verder in het boek van Wilfried de Jong. Kees is nog aan het typen maar niet voor lang meer. Zijn Psion stopt er mee. Wat we ook proberen, we krijgen hem niet aan de praat. Zijn vervolg gaat nu met pen en papier.

 

Het is droog. We gaan wandelen naar de waterval, omdat we niet genoeg kunnen krijgen van het water. Er loopt een pad naar beneden naar de waterval. De stenen zijn spek glad, dus we lopen heel voorzichtig. We zakken ruim 100 meter. We komen aan bij een hangbrug. We kunnen  rechts en links af volgens de borden om naar de waterval te gaan. We gaan rechts af. We lopen door de “cloud-forest” in het klein. Kees maakt nog even een video-opname van wat heleconia's. Ik sta in de stroom van de waterval op een paar stenen. Kees is klaar met de opname en wil bij mij op de steen komen staan. Maar alles is spek en spekglad van de algen en het mos dat hier groeit. Bij de laatste stap richting mijn steen, gaat Kees dus onderuit. Krampachtig probeert hij zijn camera droog te houden. Gelukkig lukt dat. Maar zijn broek is nat en ook de mouwen van zijn regenjack. We mogen van geluk spreken dat zijn camera niet in het water is gevallen. Hij spoelt nog even zijn broek en jas af. Niks stuk alleen maar smerig geworden. We vervolgen onze weg over de hangbrug. Jan had verteld dat dit pad in Baezo uitkomt. Na een flinke wandeling we uit bij een hek. Entree 4 dollar voor volwassenen. Het is onze enige optie om in Baeza te komen. We openen het hek en lopen een botanische tuin binnen. We slaan rechts af met de hoop om zo snel mogelijk weer buiten te staan. We lopen naar een plek dat er uit ziet als een hoofdingang. Niemand te zien, nu maar hopen dat het hek open kan. Gelukkig op de hoofdpoort zit geen slot. Deze oversteek heeft geen geld gekost. We lopen terug naar het hotel. Het is gelukkig nog steeds droog. Het avondeten gebruiken we in het restaurant van het “hotel”. Weer een rib uit je lijf, 4 dollar. Kan net, denken we nog. We doen nog even een spelletje Yahtzee, Kees wint deze keer. Morgen om 7.30 ontbijt. We kunnen nu maar 9 en een half uur slapen.

We gaan nog slaap te kort krijgen.

 

Woensdag 29 juli

 

D

e ontbijtzaal welke gisteravond het restaurant was, gaat om kwart voor 8 open. Zelfs Rob is op tijd wakker. Vannacht heb ik maar van bed gewisseld, want ik hield mezelf wakker. Het bed kraakte bij elke draaiing. Nu hadden we keuze uit 4 bedden met 2 personen het probleem was niet zo groot. Bij wisselen van bed moest ik niet vergeten mijn fietsbroek en sokken me te nemen naar het nieuwe bed. Ik heb ze namelijk tussen de dekens en de lakens ingelegd met de hoop dat ze door mijn lichaamswarmte wat droger zouden worden. Mijn fiets broek was alleen nog klam maar mijn sokken heb ik maar in een plastic zak gestopt en in mijn tas gedaan. Geen redden meer aan.

Om half 9 zitten we weer op de fiets richting Papalacta. We hebben droog weer bij vertrek, maar na een half uurtje gaat toch het regenjack weer aan. Grote druppels en berg op gaat eigenlijk niet goed samen. Door het transpireren wordt je ook aan de binnenkant nat. De regen houdt op en het jack gaat uit. Vandaag alweer last van honden. Ik neem vandaag het apparaatje, de Buzzer, voor de afweer tegen honden mee. Gisteren zat hij in mijn rugzak en die stond in de auto, dom dom dom. De Buzzer werkt perfect. We hebben zeker 4 aanvallen doorstaan van loslopende honden. Vreemd gezicht een hond komt blaffend op je af rennen. Je drukt op de knop even richten en de hond weet niet waar hij het zoeken moet. Begint met zijn kop te draaien en stopt uiteindelijk. Precies wat we nodig hebben. Morgen maar weer bij me houden. Na 20 km fietsen en een hoogte verschil van 500 meter te hebben overbrugt stappen we af. We laden de fietsen op en rijden met de auto naar Pappalacta. Deze plaats ligt op 3200 meter hoogte en heeft hele mooie warm waterbronnen.

We bezoeken de luxe bron, omdat ze hier handdoeken hebben. We hebben ons 2 uur lang laten koken in de baden. Heerlijk warm. Het verschil tussen Banos en hier is dat dit helder water is en veel warmer. Het lekkerste zijn toch de dompelbaden. Even in het koude bad of even in de rivier liggen en dan tintellend in het warme bad bij komen. Ik weet niet of het door de grote hoogte komt of door de wisselbaden, maar in mijn hoofd begint het te soezen. De laatste keer stap ik te snel uit het warme bad en moet me even aan een boom vasthouden om niet om te vallen. Na een half minuutje was alles weer over. Nog even een koud bad als afsluiting en de gewone kleren aan. We gaan naar Quito, naar het huis van Jan. Maar eerst nog even een echt Ecuadoriaans gerecht eten.

Gekookt varkensvlees met mais in 3 soorten, bijna gepoft, gekookt en gebakken. Ook de overbekende banaan was van de partij.

We laden de fietsen af bij het huis van Jan. Onze tassen zetten we in onze kamer in een hotel vlak bij Jan in de buurt. Al het natte spul mag even drogen vanmiddag. We spreken af dat Jan ons na een half uurtje komt ophalen om naar zijn “landje”te gaan in de bergen. We moeten wel een wandeling van 20 minuten maken om er te komen. Hij heeft dit landje gekocht om zich zelf lekker uit te leven en hier tot rust te komen. Hij heeft holen gegraven, huisjes gebouwd en een waterleiding vanuit de bergen aan gelegd. Een lekkere ontspanplek voor Jan. Bij terugkomst maken Kees en ik nog even een wandeling door de stad. Morgen fietsen we over de oude spoorlijn. We gaan slapen onderaan de Cayambe.

 

 

Donderdag 30 juli.

 

W

at blaffen de honden hier vroeg. Om 5 uur is het al raak. Alle honden uit de buurt blaffen elkaar wakker. Ik draai we nog even lekker om, mag nog 2 uur slapen. Half 8 staan we lined-up voor het hotel. Jan komt ons ophalen voor het ontbijt bij hem thuis. Hij woont tenslotte om de hoek. Na een zeer uitgebreid ontbijt en lekker koffie gemaakt door Ana, stappen we om kwart voor 9 op de fiets. We beginnen de fietstocht over de oude spoorbaan richting het noorden. Nu moet je niet denken een oude spoorbaan, ze zullen de rails wel weg gehaald hebben en alles mooi vlak gemaakt hebben. Nee het tegendeel is waar. Af en toe kom je de rails nog tegen en gaten zijn er ook genoeg. Er zijn ook voordelen aan het fietsen op deze oude spoorbaan. Zo gaat de baan zeer geleidelijk omhoog. Dus echt afzien is er niet bij. Bij een dal wordt er rond gereden om aan de overkant te komen. Misschien is het toch wel een klein beetje afzien. Bij elke hobbel waar je niet op rekent is het wel corrigeren met je zadel en je kont. Ik heb niet op alles gerekend dus verschillende hobbels heb ik wel bewust meegemaakt.

We rijden de woonplaats van Jan uit. Rob gaat ons voor, hij weet de weg. Jan komt wat later, want hij kan ons toch niet volgen over de spoorbaan. Met de ervaring van gisteren betreffende de honden blijven we wat dichter bij elkaar rijden. Tot nu toe hebben we de Buzzer niet nodig gehad. Deze honden zijn vast gewend dat hier veel fietsers langs komen. Het aantal huizen dat langs de baan staat neemt af. We gaan nu langs een heuvelrug naar beneden. Dat is lekker makkelijk. Links van ons ligt het dal. Aan de andere kant zie ik een streep op de  heuvel. Ik denk dat we straks daar langs komen, maar de streep loopt iets omhoog. Het wordt een beetje klimmen dus. Via een brug steken we het dal over. Een mooi plek voor de foto en de video. We beginnen met klimmen. Niet heel erg steil, maar wel omhoog trappen. We fietsen door 3 tunnels. Wel heel apart. Het is lastig je te oriënteren in de donkere tunnel.

Je evenwichtsgevoel wordt ook op de proef gesteld.

Jan belt om de 10 minuten naar Rob of alles goed gaat. Rob zelf kan namelijk niet bellen, omdat zijn beltegoed op is. Op het laatste stuk van dit parcours gaan we een brug over welke ons aan de andere kant van een diep dal brengt. Direct gevolgd door een tunnel waar we niet mogen fietsen van Jan. Dit was maar goed ook. Zelfs bij het lopen verdween de fiets van Kees soms enkele decimeters omlaag. Na 2 uur en kwartier fietsen komen we Jan  weer tegen. We laden de fietsen op, want nu krijgen we een saai stuk. Na een kwartier rijden met de auto stoppen we weer om de fietsen af te laden. We vervolgen de weg over de spoorbaan. Nog geen 50 meter onderweg waan je jezelf in een totaal andere wereld. Heel stil, geen kip op de weg, behalve moederkip met 12 kuikentjes dan. We stoppen maar weer even en  kijken nu loodrecht een ravijn in. Dus het is zaak niet te veel naar links te sturen. Navertellen zal dan niet meer kunnen. Wederom enkele tunnels door en een hoge heuvelrug over. Het is weer een fantastische fietstocht. Op naar de lunch. De lunch gebruiken we bij een panoramisch uitzicht. Een bekend punt voor ons. 2 weken geleden hebben we hier ook gestopt met mijn collega's van MFI. We gaan verder richting La Mittad Del Mundo. De evenaar ofwel de Ecuador. We gaan heuvel af maar met wind tegen. Wat naar nu. Maar echt lastig wordt als je berg op met wind tegen moet trappen. Nog even afzien dus voor we er zijn. En nog even voor niets langs de Peage van de snelweg waar we op fietsen. Dan kom je bij een monument. Een betonnen wereldbol waar 4 autobussen bij staan, maar daar moeten we niet zijn. 200 meter verderop is het echte middelpunt. De GPS is hier echt 0. Het is een apart monument met een grote koker waar 2 keer per jaar de zon om 12 uur recht boven staat. Je hebt dan ook geen schaduw. We krijgen uitleg van een gids in het Engels hoe het hier allemaal werkt. Rob en Jan hebben de fietsen al opgeladen en we vervolgen onze weg naar de plaats Cayamba. Onderweg komen we zelfs voor ons nog bekende plekken tegen. We passeren de rozenkwekerij die wij eerder bezocht hebben.

Jan vindt een hostel. We proberen te douchen met koud water en Kees heeft het laatste beetje water op mogen maken. Maar het is te kort om de shampoo uit te spoelen, weer pech. We zitten nu al 3 uur zonder water. Komt wel goed hoop ik.

Het gaat hier zo: Heb je nu geen warm water dan komt het zo wel. Jan gaat een veilige parkeerplek zoeken voor zijn auto. Het avondeten dient zich al aan. De veilige parkeerplaats is toch voor de deur. Het politie bureau is 20 meter verder op. Maar we halen wel al onze spullen uit de auto.'s Avonds nog even Yahtzee gespeeld, Kees heeft weer gewonnen.

 

Vrijdag 31 juli

 

H

et is 7 uur en de auto is helemaal klaar voor vertrek. Het ontbijt wordt bij dit hostel niet geleverd. Het slapen vannacht ging wel, maar moeizaam. Onder de lakens zitten plastic hoesjes om het matras.. Vreselijk naar. De vering van het matras is ook niet optimaal, hebben we dat ook een keer meegemaakt. Jan haalt wat broodjes en wat drinken bij de bakker en we nuttigen het ontbijt in de auto. We gaan de Cayambe op, de vulkaan. We zullen ongeveer 200 meter lager dan de eerste hut stoppen en de rest naar boven moeten lopen want de weg is erg slecht. Zo was het 2 jaar geleden ook toen Jan voor het laatst hier was. “De weg is slecht het laatste stuk”; zegt Jan. Maar hoe noem je het wegdek waar we nu op rijden dan? Het is ongelofelijk hoe slecht het wegdek is. Gaten in het wegdek zo groot. Richels en sporen waar we door moeten rijden. Deze weg naar boven is 30 kilometer lang. We worden flink door elkaar geschud in de auto. Ik durf niet eens mijn bekertje yoghurt open te maken omdat ik bang ben dat straks alles over de vloer gaat. Gaat zo stinken en plakken. Het is al weer 2 jaar geleden dat Jan hier is geweest, dus hij moet de weg nog maar een keer vragen. Op 4000 meter passeren we nog even de evenaar. Weinig mensen die de evenaar op deze hoogte passeren op het land. Dit is namelijk het hoogste punt precies onder de evenaar. We zijn aangekomen op de plek waar Jan eigenlijk niet verder durft te gaan. Ik was allang terug gekeerd. We pakken ons goed in want het kan nog wel eens koud zijn boven. Rob heeft zijn twijfels en blijft toch liever in de auto. We zijn op 4100 meter. De hut ligt 200 meter hoger denkt Jan. Mis dus! De hut ligt namelijk op 4416 meter en dat 316 meterhoger. De wandeling naar boven duurde ruim anderhalf uur. Het is wel afzien, rusten en uithijgen. De weg naar boven bestond uit klimmen, wind, natte sneeuw en kou. Gelukkig heb ik mijn handschoenen meegenomen en ik trek ze lekker aan. Ik stop mijn handen in mijn flitsende gele wind- en regenjack. Toch nog worden ze koud. Er ligt ijs op het pad en er hangen ijspegels aan de zijkant. We komen aan bij de hut. Aan de zijkant schuilen we even. We staan nu een beetje uit de wind, maar het blijft koud. Jan staat boven op een richel en roept ons één voor één naar boven om even van het uitzicht te genieten. Kees gaat als eerste naar boven en doet zijn pet af. Het waait hier zo erg dat de kans groot is dat je hem kwijt raakt. En als je hem kwijt raakt dan heb je een probleem. Zeker met haardossen zoals wij hebben. Kees probeert een video te maken en Jan geeft hem wat steun in de rug.

Zo hard waait het hier. Nu ben ik aan de beurt. Ik probeer een foto te maken. Handschoenen uit en pet af. Afzien dus. Door de kou is de batterij van de camera een beetje terug gelopen en ik kan maar één foto maken. Een is meer dan geen. De terugweg is een stuk makkelijker. We hoeven geen stop te maken om op adem te komen. We stoppen wel maar dan voor de foto en video-opnames. Rob heeft lekker geslapen zegt hij. We besluiten om niet naar beneden te fietsen. Het is al bijna middag als we weer beneden in de plaats Cayambe zijn. We rijden door naar Otavalo. De lunch gebruiken we in een chique tent. Na het eten gaan we naar Mieke. Mieke is een Nederlandse die met een Ecuadoriaan is getrouwd en een hostel runt. Hostel Aya Huma. Een hostel net even buiten Otavalo, heel mooi gelegen direct aan de oude spoorbaan waar wij gisteren op gefietst hebben. Een prachtig hostel met mooie kamers. ’s Middags hebben nog even een wandeling gemaakt naar het centrum.

En ja hoor, we hebben hem! De Panamahoed voor Kees. Gekocht op de markt en afgedingd natuurlijk. We nemen even een heerlijke warme douche, deze hebben we gisteren gemist. Hier in de buurt horen we veel herrie van weefgetouwen. We stappen gewoon bij een lokale wever naar binnen. Als je niets aan je gehoor hebt, krijg je hier wel. Wat een herrie. We mogen een paar foto's en video-opnamen maken. Het avondeten was heel gezellig met Jan en Rob. Jan had en biertje en een paar wijntjes op. Doktersvoorschrift. Maar goed dat hij het niet aan zijn stembanden heeft.

 

Zaterdag 1 augustus.

 

H

et is half 8 en hebben we ontbijt volgens de planning. Jan en Rob zijn volop bezig om de fietsen op te laden. Het is een lopend buffet. Wel net zo makkelijk als er een grote groep tegelijk moet eten. Om 8 uur zijn we klaar en kijken even toe hoe 3 Nederlanders hun fietsen opladen. Ze fietsen met bepakking door Ecuador. De routebeschrijving die op een fiets ligt komt Kees bekend voor. Hij is van Vlieg en Fiets. Ze zijn net 2 dagen onderweg en hebben meer dan drie weken te gaan. Jan geeft zoals gebruikelijk weer veel tips. Ze gaan ook de “Quilotoa-loop“ maken, zoals wij die ook hebben gemaakt. Maar dan met bepakking. Kees krijgt gelijk de kriebels als hij deze mensen weg ziet rijden.

We gaan richting Otavalo, naar de dierenmarkt. Jan brengt ons tot aan de ingang. Hij blijft wachten, totdat we uitgekeken zijn. Het is maar goed dat de keuringsdienst van waren en de dierenbescherming hier geen controle uitvoeren. Honderd kuikens in een kratje, kippen aan hun poten vast gebonden, jonge hondjes in doos. Het kan hier allemaal. Als je kuikentjes wilt hebben worden ze gewoon afgeteld en in een zak gedaan. Potten en pannen worden aangeprezen en allerlei soorten bonen worden verkocht. Ik kan hier vrij uit foto's maken. De mensen zijn gewoon druk bezig met het handelen. Kees schiet ook de nodige minuten video. We stappen in de auto en gaan naar het centrum van de stad. Het is zaterdag en dan is de grootste markt van noord Ecuador. Door alle straatjes van Otavalo staan marktkraampjes. We gaan op jacht naar katoen, “corendon” in het Spaans. We vinden een paar standjes waar ze katoen verkopen. Kees koopt een paar stukken van een  of twee meter en nog wat andere spullen voor Annie. Na ruim een uur over de  markt gebanjerd te hebben gaan we terug naar de auto. We rijden richting het Cuchatha meer. Bijna bij de top stappen we uit en de laatste kilometers gaan we op de fiets over de “dirtroad”. Het kratermeer heeft een eiland in het midden en is ongeveer 300 meter diep. Er staat een flinke bries als we op de rand van de krater komen te staan. In de verte zien we het restaurant waar we heen gaan. Het heeft een panoramisch uitzicht. We eten hier lekkere tomatensoep en een mixed sandwich. Na het eten gaan we downhill richting Cotacachi. Het lukt Rob weer om lek te rijden. Ondertussen zijn vijfde in deze twee weken. Kees en ik gaan samen verder, want de pomp ligt nog bij het Hostel. Je kan de band wel wisselen maar niet oppompen.

De afdaling is over asfalt. We rijden super snel naar het dorp. Intussen zijn we bijgehaald door onze volgauto die we nu moeten volgen om bij de markt te komen. Cotacachi staat bekend voor zijn leerbewerking. De markt valt erg tegen en we geven dus geen dollar uit. We stappen weer op de fiets richting Otavalo. Eerst maken we een afdaling, maar al spoedig wordt het een klim. Geen lastige maar wel een vervelende. Er is een lange rechte weg naar boven. Je hebt niet het idee dat de weg naar boven loopt als je naar voren kijkt. Je hebt alleen het gevoel of je fiets aanloopt. Het bekende vals plat, maar dan wel goed vals. We steken de Pan American over en vervolgen onze weg via een graspad en de wederom de oude spoorbaan richting ons Hostel. We kleden ons om en ik vraag aan Jan of hij ons richting het centrum wilt brengen. Dit is geen probleem. We gaan nog even ronddwalen door het centrum met al zijn kraampjes. We blijven een beetje tot het einde. Om half 5 begint iedereen al een beetje op te ruimen en we wandelen weer terug richting het Hostel. Hier nemen we een heerlijke warme douche als beloning.

Het wordt om half 7 al fris buiten. We verplaatsen ons naar binnen. Het restaurant heeft de kachel aanstaan en meer licht dan dat we buiten kunnen krijgen. De dagen vliegen om. Morgen onze laatste actieve vakantiedag. We gaan wandelen, fietsen en rijden. Na het eten blijven we nog even zitten. De plaatselijke muziekgroep komt optreden. Ook voeren enkele kinderen een dansje op. Het begin van het optreden is eerst voor 6 personen, maar langzaam komt de lokale bevolking binnen druppelen. Het is een latertje geworden. Om half 11 gaan we naar onze kamer. We komen nu echt slaap te kort. We kunnen minder dan 8 uur slapen. Dat scheelt veel, want gemiddeld slapen we tussen de 8 en de 9 uur per nacht.

 

 

 

Zondag 2 Augustus

 

H

ieperdepiep hoera. Kees wordt door mij om half 7 in de ochtend gefeliciteerd. Het cadeautje welke bijna 3 weken door heel Ecuador is mee gereisd mag ik eindelijk geven. Jammer dat hij niet aan het begin van de reis jarig was, want dan kon hij 's avonds en slaapmutsje nemen. 59 jaar is hij geworden vandaag. Om 7 uur staan we boven bij het restaurant. Weinig actie in het restaurant, maar des te meer reuring op de spoorbaan. Vele mensen joggen heen en weer en de jeugd loopt met een basketbal richting het dorp. En dat om 7 uur op zondagmorgen. Het blijft stil in het restaurant. Uiteindelijk eten we rond 7.45.

Na wat heen en weer geloop en gevraag lukt het om de fietsen uit de opslag te  krijgen.

Om de auto te krijgen geeft wat meer problemen, omdat de garage op slot zit. Ook het betalen levert problemen op. De eigenaar is even nergens te vinden. Na wat gegoochel met bonnetjes en bedragen kunnen we voor de laatste twee dagen afrekenen

Half negen gaan we weg richting de plaatselijke waterval. Jan leidt ons richting waterval. We zien daar een soort ritueel van een “chamaan”. Een chamaan kan je zien als een soort kruidendokter. Op een vrouw worden eerst 3 sinaasappelen uitgeknepen, daarna wordt er iets uitgewreven op haar schouders. Ze spoelt zich af met het water uit de waterval. Ze komt het water uit en krijgt een fles champagne over haar heen gegoten. Daarna wordt ze afgespoeld met water uit een fles. Dit is de einde van de ceremonie. Na afloop ziet ze er ook heel gelukkig uit.

We lopen terug naar de auto waar Jan en Rob op ons wachten. We gaan met de auto richting Condor park. Na een  kleine omweg in verband met een wegopbreking komen we aan in het Condorpark. Het is een klein roofvogelpark welke door een Nederlander is opgezet. We lopen rond en leggen er een paar vogels vast op de digitale plaat. We wachten niet op de show die pas om half 12 gegeven wordt. Dus wordt het weer tijd om te fietsen. Ons laatste ritje gaat om het meer San Pablo. Het is een downhill op een cobblestoneroad en een dirtroad.

In een dorp aan het meer zien we vrouwen hun was gewoon in het water van rivier doen. Het schijnt hier gewoonte te zijn. Alles heel primitief.

Als laatste stuk krijgen we een redelijke asfaltweg. Het toetje zullen we maar zeggen. Om 12:30 uur stoppen we met fietsen. Ze gaan voor de laatste keer op het dak.

We rijden in anderhalf uur terug naar Quito. We worden netjes voor het hotel afgezet. We zeggen Rob gedag en spreken half zeven af met Jan voor de volgende ochtend. De middag vullen we met het kopen van souvenirs. De weergoden zijn ons vandaag wederom gunstig gezind.

 

Met ons laatste avondmaal in de Magic Bean sluiten we onze zeer geslaagde vakantie af. Morgen vliegen we naar huis. Zien eindelijk onze eega’s weer.

Ik heb er van genoten en ik denk Kees ook. De foto’s en video’s en de momenten welke we niet hebben kunnen omschrijven of hebben kunnen vastleggen op de gevoelige platen zullen we koesteren.

 

 

 

 

Ik wil graag Jan en Rob hartelijk danken voor deze onvergetelijke vakantie.

 

Als er iemand nog plannen heeft voor Ecuador, denk dan maar eens aan Jan… de Biking Dutchman.

 

En Kees, ik heb een top vakantie gehad!

 

 

© September 2009  Ben van Velzen

 
     
    Ga naar reisverslag 1e week Ga naar reisverslag 2e week